all works
popular works
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Variable instrumentation
Scoring:
variabel
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Variable instrumentation
Scoring:
variabel
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Variable instrumentation
Scoring:
variabel
latest edition
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Variable instrumentation
Scoring:
variabel
composer
Glerum, Ernst
Date of birth:
1955-04-20
Website:
Ernst Glerum
Ernst Glerum (Deventer, 20 April 1955) studies classical double bass at the Amsterdam Sweelinck Conservatory. In addition to his studies he dedicates himself to the performing practice of both improvised and composed music. The winner of the Boy Edgar Prijs (the major Dutch jazz award) is considered to be the ideal sideman. Many leading Dutch jazz groups, both present and past, employ his services as bassist, from the Instant Composers Pool to saxophonist Benjamin Herman's quartet. Besides double bass he also plays piano in his own group Glerum Omnibus
1955 - 1971
Ernst Glerum groeit op in Deventer. Zijn vader is landbouwkundig ingenieur en heeft een laboratorium in een conservenfabriek. Zijn moeder komt oorspronkelijk uit Zwitserland. In de beleving van haar zoon speelde ze zijn hele jeugd alleen maar piano: Bach, Mozart, Chopin en een enkele keer dingen als Heinzelmännchens Wachtparade van Kurt Noack, ook een Zwitser. Hij gaat zelf piano en gitaar spelen en maakt al snel zijn podiumdebuut. 'Toen ik 16 was, speelde ik piano op de bonte avond in de Deventer Schouwburg. Ik kan je zeggen, dat was een geweldige ervaring. Ik voelde me helemaal senang' (interview met de Volkskrant). Glerum vindt alle instrumenten geweldig. Hij speelt klarinet, viool en trompet. Op een goede dag neemt hij een gammele contrabas mee uit de muziekschool in Deventer. Hij slaat er een paar spijkers in en begint te spelen. 'Toen ik het eenmaal een beetje kon, gingen er werelden voor me open. Ik kon opeens in allerlei bandjes en orkesten aan de slag. En dat is nooit opgehouden.'
1973 - 1974
Hij speelt in lokale dixielandbandjes, en daarnaast in verschillende orkesten, waaronder het Deventer Jeugdorkest en het Nationaal Jeugdorkest onder leiding van Roelof van Driesten.
1975 - 1983
Op het Sweelinck Conservatorium studeert Glerum klassiek contrabas; een jazzopleiding bestaat daar nog niet. Hij heeft les van Henk Guldemond. De jazz wordt hem bijgebracht door onder anderen tenorsaxofonist J.C. Tans, die bij hem om de hoek in Amsterdam woont en drummer Han Bennink. Verder speelt hij bij het ASKO Ensemble en het Ricciotti Ensemble.
1980 - 1988
Eind jaren zeventig komt de Amsterdamse alternatieve jazz-scene tot bloei. Glerum gaat spelen bij J.C. Tans + Rockets, waarmee hij zijn naam vestigt. 'Ik was toen heel mager, met zo'n ingevallen gezicht. Dat gaf mensen het beeld dat daar een heel heavy cat stond te spelen', vertelt hij de Volkskrant. Al snel speelt Glerum bij alle avant-garde-groepen die ertoe doen, waaronder ICP, Sean Bergin's Mob en het Curtis Clark Quartet of Quintet. Met Maurice Horsthuis en Ernst Reijseger vormt hij vanaf 1985 het Amsterdam String Trio. De groep gaat op tournee door Europa en de VS. De bassist valt niet alleen op vanwege zijn kennis van de klassieke muziek, maar ook door zijn virtuoze spel met van de strijkstok. Daarnaast ontwikkelt Glerum zich als een componist met veel gevoel voor harmonie. In 1987 krijgt hij de opdracht een compositie te schrijven voor het NOS Jazz Festival.
1988 - 1992
Glerum maakt deel uit van het Trio Janssen/Glerum/Janssen. Met pianist Guus en drummer Wim Janssen gaat de bassist ook op tournee door China en hij werkt mee aan de opera Noach van Guus Janssen, een groots opgezet project over de ruzie tussen 'mijnheer' en 'mevrouw' Noach aan de vooravond van de Zondvloed.
1993
Glerum treedt aan als docent bas aan het Sweelinck Conservatorium.
1996
Hij voegt zich bij de groep Available Jelly.
1997
De CD 3 van het trio Bennink, Borstlap, Glerum verschijnt. Onder eigen naam brengt Glerum zijn eerste eigen plaat Elbow Room uit. 'Ik heb zo lang gewacht met opnemen omdat ik een perfectionist ben, die het misschien allemaal te serieus neemt', zegt hij. 'Eerst moest dat basspel helemaal goed zijn. De laatste jaren voel ik me extra verbonden met het instrument. Voor een aantal composities had ik heel specifieke liggingen van akkoorden in mijn hoofd, in een bepaald register. Dan kun je dat wel gaan uitschrijven, maar een andere jazzmuzikant vindt dat niet prettig. Daarom heb ik de piano- en orgelpartijen zelf ingespeeld, omdat ik wist: als ik het zo doe, is er een optimale ruimte voor de bassolo's.'
2004 - 2007
In 2004 richt Glerum zijn eigen label Favorite op, waarop hij onder meer opnamen van zijn eigen Glerum Omnibus, van Curtis Clark en van Bennink, Borstlap, Glerum uitgeeft. In 2005 maakt hij samen met zijn vriendin Annegien Haselager onder de naam Glerum Ex Machina een multimediaal spektakel voor solo bas, gesamplede drums en film.
2009
Glerum krijgt de Boy Edgar Prijs. Volgens de jury vertegenwoordigt hij 'op een bijzondere wijze alle deugden van een improviserende jazzmuzikant. Daarmee weet hij als geen ander het spel van ensembles in productieve balans te houden.' Ook schrijft de jury dat Glerum 'over de laatste drie decennia als verbindend figuur een exemplarische rol in de Nederlandse jazz heeft vervuld'. Sommige collega's verbazen zich erover dat de bassist, die inmiddels heeft meegewerkt aan meer dan dertig albums, de prijs nu pas krijgt. Maar voor Glerum zelf is de timing perfect. 'Juist nu valt alles op zijn plaats in mijn loopbaan. Ik heb door al die samenwerkingen zoveel kennis verzameld dat ik nu een realistische klankvoorstelling heb van wat ik nog wil maken en onderzoeken.' Het trio Bennink, Borstlap, Glerum krijgt een Edison in de categorie Jazz Nationaal voor de CD Monk, Vol. 1.
2011
Gelijktijdig brengt Glerum twee CD's uit: een van Glerum Omnibus (Paper Models) en een tweede onder de titel Movie Music, een compilatie van muziek die hij voor verschillende films geschreven heeft.