all works
popular works
Dovemansoren : for tenor solo, three female voices and ensemble, 2002 / Elmer Schönberger
Genre:
Vocal music
Subgenre:
Mixed choir and instruments
Scoring:
ten VK3 3fl perc hp pf 2vl vla
Dovemansoren : for tenor solo, three female voices and ensemble, 2002 / Elmer Schönberger
Genre:
Vocal music
Subgenre:
Mixed choir and instruments
Scoring:
ten VK3 3fl perc hp pf 2vl vla
Nobodyes Gigge : for ensemble / Elmer Schönberger
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Mixed ensemble (2-12 players)
Scoring:
fl cl/cl-b h perc hp pf vln/mand vln vla vc db
latest edition
Gezien Hercules Segers : for soprano and instrumental ensemble / Elmer Schönberger
Genre:
Vocal music
Subgenre:
Voice and large ensemble
Scoring:
sopr 2cl(cl-b) h tpt pf hp cimbalom perc 2vn vla vc db
composer
Schönberger, Elmer
Nationality:
Netherlands
Date of birth:
1950-01-01
Website:
Featured Composer's Page
;
Officiële website
Elmer Schönberger was born in Utrecht on January 1, 1950.
'Writer, composer, musicologist' is the most concise biographical summary Elmer Schönberger is inclined to assign himself, although the order has the habit of changing.
Education: Schönberger studied piano at the Royal Conservatory in The Hague, with Jan de Man and Gérard van Blerk and musicology at the University in Utrecht. He graduated with theses on Stravinsky and on interdisciplinary aspects of musicology.
He continued studying composition privately with Escher and after his death sat on the Escher Committee, devoted to the promotion of his music.In 1985 he co-published an edition of Escher's Debussy lectures (Debussy. Actueel verleden).
Career: From 1982, he wrote the column 'Het Gebroken Oor' for Vrij Nederland. In that period he also contributed to a wide range of books and journals, including Key Notes - Musical Life in the Netherlands, where from 1975--1987 he served as editor and, later, editor-in-chief.
In ‘Histoire d’Oor' (1993) - an essay in book form about his career as professional listener - he portrays the Utrecht Institute for Musicology in the period 1968-1974 as a world mired in the middle ages.
His longstanding love affair with the music of Stravinsky resulted in ‘Het apollinisch uurwerk. Over Stravinsky’ (1983, together with Louis Andriessen), which Richard Taruskin described as 'the one book about Stravinsky Stravinsky would have liked.’ The English translation appeared in 1989 and the Russian version in 2003.
Until the mid-1990s the focus of Schönberger's work lay primarily in musicography, alternately combined with activities such as conservatory lecturer, programmer at the Holland Festival (he introduced the Russian composers Gubaidulina and Ustvolskaya to Dutch audiences) and - until the present day - advisor to the Schoenberg Ensemble. For this ensemble he made an adaptation of Darius Milhaud ‘Saudades do Brazil’ (1921/1990).
Schönberger made his literary debut in 2003 with the novel ‘Vic, met name’. ‘Vuursteens vleugels’ (2009), his second novel, is, like his composition ‘Dovemansoren’, a spinoff on his play ‘Dovemansoren’.
Composition: On recommendation of Herman Strategier, his theory teacher, he composed his first 'official' composition 'Chasse à l’enfant’ (1971), for the International Choir Festival.
As a composer Schönberger has manifested himself primarily in the theatre (the music theatre work ‘Verhuisbericht’ in 1983, incidental stage music), until he returned to the concert hall in 1997 with ‘En nergens Bach’. A lifelong love of the theatre and for just the right word inspired him to write a number of plays, including ‘Kwartetten’ (1999), about a string quartet and played by four actors and a string quartet.
His most recent works include:
- ‘Ghosting Pantaleon' for piano and large ensemble: first performance on November 12, 2015 in the Muziekgebouw aan ’t IJ, conducted by Etienne Siebens, on commission by the Young Pianist Foundation.
- Il sogno di Drogo (2014) - for piano solo: first performance on October 18, 2015 ,during the Red Sofa Fietstocht, organized by De Doelen in Rotterdam.
Awards: In 1990 he was awarded the Pierre Bayle Prize for music criticism.
1950 - 1974
Elmer Schönberger wordt geboren in Utrecht. Hij studeert piano aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij Jan de Man en Gérard van Blerk. Tevens volgt hij privélessen compositie bij Rudolf Escher. Als student musicologie aan de Universiteit van Utrecht schrijft hij zijn eerste recensies in het Utrechts Nieuwsblad. Op aanbeveling van Herman Strategier, zijn theoriedocent, componeert hij voor het Internationaal Koorfestival zijn eerste 'officiële' compositie 'Chasse à l'enfant' (1971).
1976 - 1985
Elmer Schönberger schrijft over muziek in het weekblad Vrij Nederland, waaronder gedurende meer dan twintig jaar de rubriek 'Het Gebroken Oor'. Bij De Bezige Bij verschijnt in 1883 de Stravinsky-monografie 'Het apollinisch uurwerk', geschreven door Schönberger en componist Louis Andriessen. Zijn essaybundel 'De wellustige tandarts & andere componisten' verschijnt in 1985.
1988 - 1990
Het Schönberg Ensemble benoemt Elmer Schönberger tot artistiek adviseur. Voor het ensemble maakt hij een bewerking van Darius Milhaud 'Saudades do Brazil' (1921/1990). De Engelse vertaling van 'Het apollinisch uurwerk' verschijnt in 1989. Schönberger ontvangt in 1990 de Pierre Bayle-prijs voor muziekkritiek.
1992 - 1998
Schönberger schrijft voor choreografe Wies Merkx het dansconcert 'De laatste dans' (1993) over leven en werk van de componiste Anna Cramer. De bundel 'Histoire d'Oor' (1993) wordt uitgegeven door Bert Bakker. De essaybundels 'De vrouw met de hamer & andere componisten' (1992) en 'De kunst van het kruit verschieten' (1998) verschijnen bij De Bezige Bij. Voor het Schönberg Ensemble bewerkt Elmer Schönberger de 'Vier Balmont-liederen' (1918/1994) van Nikolaj Oboechov.
1999
Met 'Kwartetten', een stuk voor vier acteurs en strijkkwartet, debuteert Schönberger als toneelschrijver. Toneelgroep Amsterdam voert het stuk uit. 'Kwartetten' dramatiseert een verhaal dat over een beroemd strijkkwartet de ronde ging: de eerste violiste zou met de andere drie (mannelijke) leden een relatie hebben gehad. Maar: "Het gaat vooral over musicus-zijn, over de vlam brandend houden, over de manier waarop musici hun problemen in de muziek oplossen. Over kunst en het leven, en hoe dat kan botsen." (Schönberger)
2002 - 2003
Het toneelstuk 'Dovemansoren' gaat op 26 april in première met Toneelgroep De Appel. Met 'Vic, met name' (2003) debuteert Elmer Schönberger als romanschrijver. 'Het apollinisch uurwerk' verschijnt in een Russische vertaling.
2005
In de Huizingalezing observeert Schönberger hoe men naar muziek luistert en de veranderingen van het luistergedrag in de laatste honderd jaar. Daarbij focust hij op de vraag: hoe kan het dat er steeds meer naar muziek geluisterd wordt, terwijl muziek in het culturele debat van vandaag nauwelijks nog een rol speelt? De bundel 'Het Gebroken Oor' verschijnt bij uitgeverij Meulenhoff.
2007
De 'Nacht van de Vlucht', een dramatisch concert voor musici, acteurs en 'Gerauschmacher' gaat tijdens het tiende Amsterdamse Grachtenfestival in première in het Muziekgebouw aan 't IJ. Schönberger werkt aan drie monologen, alle drie over componisten. De eerste 'Liszt spreekt' gaat in première op 23 november in de Philharmonie te Haarlem door Jeroen Willems.
2008
De monoloog 'De brief', over Alphons Diepenbrock, gaat in première op 12 januari door Krijn ter Braak en 'Summer Moon', over Igor Stravinsky, op 29 maart door Kees Hulst in de Philharmonie van Haarlem.
2009
Zijn tweede roman, 'Vuursteens Vleugels', verschijnt bij uitgeverij Meulenhoff.