all works
popular works
Miniatures : for bass clarinet / Initiated and edited by Fie Schouten
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Clarinet
Scoring:
cl-b
Tangoing-by : for piano and double bass, 2002 / Jorrit Dijkstra
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Double bass and keyboard instrument
Scoring:
cb pf
Octave Cycle : from the Miniatures for bass clarinet (edited by Fie Schouten) / Jorrit Dijkstra
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Clarinet
Scoring:
cl-b
latest edition
Octave Cycle : from the Miniatures for bass clarinet (edited by Fie Schouten) / Jorrit Dijkstra
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Clarinet
Scoring:
cl-b
composer
Dijkstra, Jorrit
Nationality:
Netherlands
Date of birth:
1966-04-05
Website:
Officiële website
Jorrit Dijkstra (Eindhoven, 5 April 1966) tries to interweave elements from the jazz tradition with contemporary forms of improvisation. In his own groups he combines this with strong compositions and the use of analog electronics. He also started playing an almost obsolete electronic wind instrument, the Lyricon. From the beginning he has taken up a role in Amsterdam improvisation scene, and has also been playing with foreign musicians, both in Europe and outside. Since 2002 he has been living in the United States, but he regularly returns to the Netherlands, to play with his own bands (such as the Flatlands Collective and his duo with drummer John Hollenbeck), and as a guest or sideman with other ensembles.
1990
Jorrit Dijkstra start zijn eigen trio, met bassist Mischa Kool en de Britse drummer Steve Argüelles. Ze spelen vooral composities van de leider, maar ook bewerkingen van stukken van onder anderen Herbie Nichols, Ornette Coleman, Thelonious Monk, en traditionals van de Balkan. In 1992 komt de titelloze debuut-CD uit bij het Groningse Disckus Records. De plaat wordt goed ontvangen; het maandblad Jazz Nu verkiest hem tot CD van de maand. Later volgen nog twee albums van het trio, met als gasten respectievelijk de Britse violist-gitarist Stuart Hall (Whistle, 1995) en de Franse pianist Benoît Delbecq (European Echoes, 1997).
1993
Willem Breuker schrijft muziek voor de theaterproductie Kees de Jongen (naar het boek van Theo Thijssen). Jorrit Dijkstra speelt mee in het speciaal voor deze voorstelling samengestelde ensemble.
1994
De Stichting Jazz en Geïmproviseerde Muziek in Nederland (SJIN) kent hem de Podiumprijs toe. De aanmoedigingsprijs is een erkenning van zijn werk tot nu toe. Guus Janssen vraagt Dijkstra in het orkest dat zijn opera Noach uitvoert.
1995 - 1996
Jorrit Dijkstra duikt steeds vaker op als sideman in allerlei groepen, zoals Maurice Horsthuis' Amsterdam Drama (waarmee hij ook twee CD's maakt), de Ekra Troupe van bassist Egon Kracht en het septet van Guus Janssen. Hij krijgt ook een compositieopdracht van de NPS voor het festival Klap op de Vuurpijl, die hij uitvoert met de blazers Guillaume Orti en Lothar Ohlmeier, pianist Benoit Delbecq en drummer Jim Black.
1998
Na een succesvolle tournee met zijn trio in Schotland ontstaat het idee om met Schotse improvisatoren te gaan samenwerken. De gebroeders Bancroft (drummer en bodhran-speler Tom en saxofonist Phil) en concertina-virtuoos Simon Thoumire gaan aan de slag met Dijkstra, gitarist Paul Palllesen en trombonist Joost Buis. Onder de naam Drones In The Bones geven ze een serie concerten in Nederland en treden ze in 1999 op tijdens het North Sea Jazz Festival. Pallesen neemt Dijkstra ook op in zijn nieuwe groep Bite The Gnatze, waarmee hij improvisatiemuziek maakt met sterke wortels in de volksmuziek. Naast saxofoon speelt Dijkstra in dit ensemble tin whistle. Hij is te horen op de eerste drie CD's: North West South East (1998), Throw The Plates (2000) en Wilde Dans In Een Afgelegen Berghut (2003). Joost Buis vraagt hem voor zijn band Astronotes, die voornamelijk muziek van Sun Ra speelt.
1999 - 2000
De Canadese band Talking Pictures nodigt Dijkstra als gast uit in Vancouver. Vervolgens ondernemen ze een toer door Nederland en Canada en nemen ze de CD Humming op. In dezelfde periode werkt hij een maand lang mee aan een theaterproductie in Vancouver met de Ruby Slippers Theatre Company.
2000
In het alternatieve internetcafé ASCII te Amstrerdam organiseert Jorrit Dijkstra wekelijks een concert met het nieuwe trio Tone Dialing, dat verder bestaat uit gitarist Paul Pallesen en slagwerker Steve Heather. Naast hun conventionele instrumenten bespelen ze alle drie allerhande (analoge) elektronica, waarbij Dijkstra onder meer kiest voor de in onbruik geraakte Lyricon. Gezamenlijk zoeken ze naar een nieuw idioom, geïnspireerd op de minimalistische clicks & cuts muziek, maar dan geïmproviseerd. In 2001 verschijnt in kleine oplage een CD-R, Elektrodoki, en pas in 2008 een eerste officiële CD, Rigop Me. Dijkstra en pianist Guus Janssen geven samen hun interesse in de cool jazz een concrete invulling en beginnen het kwartet Sound-Lee!, vooral gericht op de composities van Lee Konitz. Op het Geestgronden-label verschijnt de CD Sound-Lee! Plays The Music Of Lee Konitz. In 2005 voert het kwartet het project New Crosscurrents uit, waarvoor gitarist Wiek Hijmans en rietblazer David Kweksilber aan de groep worden toegevoegd.
2001
Geïmproviseerde interactie met elektronica speelt een grote rol op Jorrit Dijkstra's solo-CD onder de titel 30 Micro-systems. Het Amsterdamse label TryTone brengt de plaat uit.
2002
Jorrit Dijkstra besluit te verhuizen naar de Verenigde Staten, waar hij zich vestigt in Boston en tevens een goed contact opbouwt met muzikanten uit Chicago. Het duo dat hij sinds 1998 op ongeregelde basis vormt met slagwerker John Hollenbeck, krijgt hier wat vastere vorm. In 2006 verschijnt hun debuut-CD Sequence. Dijkstra werkt met componist-rietblazer Anthony Braxton in het project Ghost Trance en organiseert samen met pianist Steve Drury een serie concerten in Cambridge, Massachusetts, die improvisatie en moderne gecomponeerde muziek samenbrengen.
2006
Samen met een vijftal muzikanten uit Chicago's jazz-scene begint hij het Flatlands Collective, een naam die verwijst naar het Nederlandse polderlandschap, maar ook naar de vergelijkbare omgeving van Chicago. De eerste CD Gnomade komt uit bij Skycap Records; een tweede, Maatjes, bij het Portugese Clean Feed Records in 2008.
2007 - 2009
's Zomers verblijft in Jorrit Dijkstra in San Francisco en geeft hij concerten met lokale improvisatoren. In 2007 speelt hij een zeldzaam live-concert in Boston met de bizarre Texaanse outsider-musicus en kluizenaar Jandek.
2009 - 2010
Het North Sea Jazz Festival verstrekt Dijkstra een compositieopdracht. Hij schrijft een serie stukken onder de titel Pillow Circles, die hij uitvoert met een Transatlantisch octet met leden uit de Nederlandse en Amerikaanse ensembles waarvan hij deel uitmaakt. De studio-CD met de muziek verschijnt op het Portugese label Clean Feed in 2010.