all works
popular works
Continuation : voor gemengd koor en klanksporen, 1985 / Ton Bruynèl
Genre:
Vocal music
Subgenre:
Mixed choir; Multimedia and singing voice(s) with or without instrument(s)
Scoring:
GK8 soundtracks
Ascolta : for tenor solo, mixed choir and soundtracks, 1988 / text by Bert Schierbeek, Ton Bruynèl
Genre:
Vocal music
Subgenre:
Mixed choir; Multimedia and singing voice(s) with or without instrument(s)
Scoring:
ten GK4 soundtracks
Translucent I : for soundtracks and string quartet, 1976 / Ton Bruynèl
Genre:
Chamber music
Subgenre:
String quartet (2 violins, viola, cello); Electronics with different instruments; String quartet (2 violins, viola, cello) with multimedia
Scoring:
2vl vla vc tape
latest edition
From the Tripod : for loudspeakers, women and listeners / words John Paagiviströmn, by Ton Bruynel
Genre:
Vocal music
Subgenre:
Female choir; Multimedia and singing voice(s) with or without instrument(s)
Scoring:
VK3 soundtracks
composer
Bruynèl, Ton
Nationality:
Netherlands
Date of birth:
1934-01-26
Date of death:
1998-05-05
Website:
Officiële website
Ton Bruynèl was the first Dutch composer to set up his own electronic studio. Almost all of his works combine music performed live and taped sounds whose timbres, though electronically generated, closely relate to those of the instrument. Bruynèl's music has a pronounced panoramic character. He found his most important sources of inspiration in natural phenomena, the visual arts and poetry. “I have great respect for the instrumental sound,” he said in 1983. “Such a thing shouldn't be taped or amplified with microphones and loudspeakers. That is always detrimental to it, because you're throwing two things together. But if you put a few instruments there, and then the tape over them, that's beautiful.”
1934
Ton Bruynèl wordt geboren op 26 januari te Utrecht.
1952 - 1956
Bruynèl studeert piano bij Wolfgang Wijdeveld aan het Utrechts Conservatorium. Hij oriënteert zich op het gebied van de elektronische muziek aan de universiteit van Delft en later in Utrecht bij de St.E.M. (Studio voor Elektronische Muziek).
1957
Bruynèl richt aan de Utrechtse Schalkwijkstraat een eigen studio in. "Ik wil, net als een schilder of een beeldhouwer. mijn eigen atelier hebben," zegt hij later. Aan het eind van de jaren '60 verhuist hij naar een boerderij aan de Vecht.
1959
Bruynèl vervaardigt zijn eerste elektronische compositie, 'Studie' voor piano en klanksporen.
1966
Tijdens de Internationale Gaudeamus Muziekweek krijgt Bruynèl de prijs voor de 'beste Nederlandse inzending' voor zijn compositie 'Mobile' (1965) voor twee klanksporen.
1971 - 1975
In samenwerking met architect Aldo van Eijck en beeldhouwer Carel Visser exposeert Bruynèl zijn audiovisuele 'Kubusproject' in het Stedelijk Museum te Amsterdam. Rond deze tijd wordt Bruynèl benoemd tot compositiedocent aan het Utrechts Conservatorium, een functie die hij tot het eind van de jaren '80 zal vervullen. 'Phases' voor orkest en klanksporen wordt uitgevoerd tijdens ISCM 1975 in Parijs.
1983 - 1986
Het Nationale Ballet brengt de productie 'Landschap' met vier werken van Ton Bruynèl. Voor zijn composities 'Chicharras' (1985), een samenwerkingsproject met de dichter Bert Schierbeek) en 'Adieu petit prince' (1983), op teksten van Antoine de Saint-Exupéry , ontvangt Bruynèl in een prijs op het Internationale Festival 1986 voor elektronische muziek te Bourges in Frankrijk. Omstreeks deze tijd vestigt Bruynèl zich in Pedraza de la Sierra in Spanje, maar keert na enkele jaren terug naar Nederland.
1994
Ton Bruynèl verhuist naar Mailly in Frankrijk.
1998
Bruynèl voltooit de video-opera 'Non sono un uccello', een opdracht van de VPRO-televisie die hij realiseert in samenwerking met regisseur Fred van Dijk. Op 5 mei overlijdt Ton Bruynèl op 64-jarige leeftijd in Mailly.
2000
Op 3 februari wordt de Stichting Ton Bruynèl opgericht met als doel zijn werk te beheren en overeenkomstig zijn wens componisten te stimuleren in hun ontwikkeling op het terrein van de elektronische muziek.