all works
popular works
Musica per orchestra : 1965-'66 / Kees van Baaren
Genre:
Orchestra
Subgenre:
Orchestra
Scoring:
fl fl(pic) fl-a 2ob eh 2cl cl-b 2fg cfg 4h 3trp 3trb tb timp 3perc vibr mar cel pf hp str
Variazioni per orchestra : = (Variations for orchestra), (1959) / Kees van Baaren
Genre:
Orchestra
Subgenre:
Orchestra
Scoring:
pic 2fl 2ob 2cl 2fg 3h 4trp 2trb tb 9-11perc hp pf4h str
Musica per campane : = (Muziek voor carillon), 1964 / Kees van Baaren
Genre:
Chamber music
Subgenre:
Carillon
Scoring:
car
latest edition
Suite : (1951), voor schoolorkest / Kees van Baaren
Genre:
Orchestra
Subgenre:
School orchestra
Scoring:
2010 0100 4perc pf4h (acc g ad lib.) str
composer
Baaren, Kees van
Nationality:
Netherlands
Date of birth:
1906-10-22
Date of death:
1970-09-02
Website:
Treasured Composer's Page
In his youth, Kees van Baaren played jazz and accompanied the Kabarett der Unmöglichen [Cabaret of the Impossible] to support himself. His great inspiration at the time was the jazz pianist Fats Waller. The pianist – and Van Baaren student – Misha Mengelberg said: “Van Baaren played Waller's music pretty well himself, with much more interesting chords than Waller used, but without a trace of swing.” As a teacher and composer, he stimulated Dutch musical life and the generation of composers who were his students, among whom were Louis Andriessen, Theo Bruins, Reinbert de Leeuw, Misha Mengelberg, David Porcelijn, Peter Schat, Jan van Vlijmen, Jan Wisse and, surprisingly, Harry Bannink. Van Baaren composed mainly orchestral and chamber music.
1906
Kees van Baaren wordt op 22 oktober geboren in Enschede. Als zoon van een muziekhandelaar speelt Van Baaren al vroeg piano en cello, maar ook mondharmonica.
1923 - 1929
Aan het Stern'sche Konservatorium in Berlijn studeert hij piano bij Rudolf Breithaupt en compositie en theorie bij Boris Blacher en Friedrich Koch. Van Baaren treedt op als jazz en 'Kabarett'-pianist onder het pseudoniem Billy Barney.
1931 - 1936
Kees van Baaren volgt compositielessen bij Willem Pijper aan het Rotterdams Conservatorium. De eerste nog te achterhalen compositie dateert uit 1933, 'Quintetto per Archi'; alle eerdere werken vernietigde hij. In zijn muziek gebruikt hij vaak gelijktijdig de kiemceltechniek van Willem Pijper en de dodecafonische methode van Arnold Schönberg door elkaar. Zelf zegt hij daar over: "Voor mij is er geen verschil tussen de kiemcel en de reeks. Toen ik dat zei tegen Pijper, zei hij, 'Je hebt helemaal gelijk, maar ik kan er geen twaalf tegelijk in de gaten houden'".
1936 - 1947
In deze periode openbaart Van Baaren geen enkele compositie. Na de oorlog doceert hij aan het Rotterdams Conservatorium.
1948
Kees van Baaren wordt directeur van het Amsterdams Muzieklyceum.
1952 - 1959
De invloed van zijn leermeester Willem Pijper is groot. Maar ondanks Pijpers weerstand tegen Arnold Schönberg neemt Van Baaren Schönbergs technieken over. Dat blijkt uit het 'Septet' uit 1952. Op grond van dit werk wordt Van Baaren geprezen als "de, technisch gesproken, 'modernste' componist van Nederland". Dat deze muziek "op het eerste gehoor meer naar Pijper dan naar Schönberg klonk, zegt veel over de invloed van zijn leermeester". (Elmer Schönberger: Serialisme in Nederland, pro en contra). Later in de jaren '50 herhaalt hij deze dodecafonische schrijfwijze in ondermeer 'Muzikaal Zelfportret' en 'Sinfonia' (1957) voor orkest. In 1953 wordt Kees van Baaren directeur van het Utrechts Conservatorium en in 1958 wordt hij directeur van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag.
1959
Met zijn 'Variazoni per Orchestra' vestigt hij zijn naam als serialistisch componist. "Van Baaren wordt op grond van deze en latere composities als 'vader van het Nederlandse serialisme' gezien". (Leo Samama, 2006)
1969
Van Baaren ontvangt de Sweelinck Prijs voor zijn gehele oeuvre. 'Musica per Orchestra' (1966) is het laatste stuk voor groot ensemble en 'Musica per Campane' - de tweede versie - is zijn laatst voltooide werk; een vioolconcert voor solist Theo Olof blijft onvoltooid.
1970
Kees van Baaren overlijdt op 2 september in Oegstgeest.